Wat is nu eigenlijk het eigenaardige van christelijk leven?, zo zou je je kunnen afvragen. Mijn eerste, meest spontane, antwoord zou zijn: onze band met God. Als christenen hebben we door ons doopsel een blijvende band met God vanwege Jezus Christus. Die band mogen we als een heuse vriendschap beleven. Als christenen doen we daar ook ons best voor. En omdat niet-christenen niet op die manier (mogelijk wel anders!) een goede relatie met God proberen te onderhouden, is dat het eigen-aardige van een christengelovige. Kortom: het gaat om de speciale plaats die Jezus in ons dagelijks leven mag innemen.
Maar daarmee is misschien nog niet alles gezegd. Wie Jezus toelaat in het leven raakt natuurlijk ‘besmet’ met de boodschap die Hij ons bracht en brengt. Wat vriendelijker gezegd: wie met Jezus door het leven gaat wordt gevormd in de leerschool van Gods liefde. Als leerlingen van de Heer proberen we steeds beter ontvankelijk te zijn voor Gods goedheid. Met als gevolg dat we niet meer zomaar voorbij kunnen lopen aan wat we aan leed en onrecht om ons heen zien gebeuren. Waar we kunnen zullen we geneigd zijn een helpende hand te bieden. Waar dat niet gaat (vaak zijn problemen of oorzaken van verdriet niet zomaar op te lossen) willen we die met elkaar uithouden. In vertrouwen op God. En precies dat is ook het eigen-aardige van christelijk leven. Dat we alles wat er gebeurt en wat ons of anderen overkomt niet los van ons vertrouwen in God willen beleven. Ook al snappen we er soms niets van. We blijven oog houden voor het goede. Zelfs als iedereen denkt dat het allemaal geen zin heeft; dat elk goed werk een druppel is op een gloeiende plaat of dat elke actie/elke betrokkenheid lijkt op dweilen met de kraan open, dan nog zal een christen het niet zomaar willen nalaten.
We leven namelijk vanuit onze vriendschap met God, we leven vanuit het vertrouwen dat niemand buiten Gods aandacht om leeft en er daarom altijd hoop is. En waar we hoop hebben, daar toont zich altijd een betere toekomst.
Elke eucharistieviering belijden we dat we de heilige Mis vieren in de verwachting dat Jezus komt en dan Gods Rijk van liefde zijn voltooide vorm zal krijgen. Tegen de achtergrond van dat goede nieuws, die blijde verwachting, kunnen we simpelweg niet nalaten wat Jezus ook zou doen was hij nog menselijk onder ons geweest zoals toen: tekenen stellen van liefde en goedheid. Gewoon omdat we hoop hebben: willen en durven leven in verwachtingsvol vertrouwen op God.
Pastoor A. Bultsma.